HoogspanningsNet - alles over hoogspanning op het het

Hoogspanningstechniek

Hoogspanning en gezondheid?

Antwoord op alle vragen vind je bij het RIVM (NL) of het Departement Leefomgeving (B).

HoogspanningsNet behandelt dit thema met opzet niet zelf. (Waarom niet?)

Geknetter en gebrom?

Geen zorgen, dat is normaal.

mastbeeld

21 november 2019 Hooogspanningsmasten als constructies classificeert men niet naar de netspanning van de circuits, maar naar het zogeheten mastmodel. Dat wordt bepaald door de ruimtelijke vorm waarin de circuits aan het mastlichaam hangen. Waarom wordt dit eigenlijk gedaan? En hoe waterdicht is dat?

Hoogspanningslijnen heb je in soorten en maten. Enige classificatie met naamgeving is nodig, zodat ingenieurs, constructeurs en pylon geeks weten dat ze het over hetzelfde ding hebben. Op het eerste gezicht lijkt het logisch om de netspanning te gebruiken, maar die zegt verrassend weinig over de mastconstructies. Hooguit kan je globaal afleiden hoe groot de masten ongeveer zijn. Het mastmodel, oftewel de ruimtelijke vorm waarin de draden hangen als je recht op het mastbeeld of een circuit kijkt, herbergt voor ingewijden veel meer informatie. Het vertelt iets over hoe hoog de mast ongeveer zal zijn, hoe de masten eruitzien, hoe aftakkingen te realiseren zijn, hoeveel circuits er nominaal hangen, hoe breed het magneetveld ongeveer is, hoe een fasenwissel eruit zal zien en dat zelfs zonder een foto of mastbeeldtekening. Geen wonder dat enige parate kennis hiervan tot de standaardbagage van bijna alle pylon geeks behoort.

Hier op HoogspanningsNet word je doodgegooid met termen als de donauvorm, tonconfiguratie, deltamast of hamerkop. Namen die haast een beetje speels klinken, maar niets is minder waar. De meeste van deze aanduidingen zijn al heel oud (tot over een eeuw) en ze worden breed gedragen in de engineering. Sommige termen zijn universeel (donau is in elke taal donau), anderen hebben in elke taal een eigen woord dat telkens hetzelfde betekent (ton, tønde, fat, barrel). Hier bij HoogspanningsNet gebruiken we een classificatiemodel dat grotendeels overeenkomt met de internationale consensus, maar met een paar kleine aanpassingen. Dat mag, want het is geen exacte wetenschap. In de praktijk zijn er grensgevallen en er zijn ook combinaties die geen eigen naam hebben, maar die wel kunnen worden benoemd als (tja) combinaties van twee of meer configuraties. Probeer het maar eens uit met het classificatiemodel als flowchart (die hebben we als poster).

Waarom is dat nou handig? Stel, je rijdt door het landschap en dan kom je opeens zoiets tegen als op de foto bovenin dit artikel. Leg dat maar eens uit aan de telefoon. Toch is dit voor een pylon geek heel makkelijk – dit is een combinatiemast, en wel eentje met één circuit in de tonvorm en de andere zijde twee circuits in de donauvorm boven elkaar afgemonteerd. Een andere pylon geek (of een ingenieur, of beide tegelijk) zal dan misschien denken 'what the flutter', maar hij begrijpt direct wat er in de berm staat, zonder een foto nodig te hebben. Met andere woorden, wie het betrekkelijk simpele systeem van mast- en circuitclassificatie in de vingers heeft, kan een mastbeeld (en alle kennis die achter het woord schuilgaat) simpel, snel en effectief overbrengen.

Afbeeldingen: west van Riga (Letland) staat een verbinding met een 330 kV-circuit in de tonvorm, terwijl de andere zijde van de mast in gebruik is voor tweemaal 110 kV in de donauvorm verticaal boven elkaar. Wie een beetje kennis heeft van circuitconfiguraties kan heel wat exotische dingen is in één zin benoemen. Onder: mast- en circuitclassificatie als flowchart, klik voor een vergroting of download als PDF.