De meest in het oog springende en veruit de belangrijkste vorm van mastverrommeling bestaat uit onzorgvuldig ingehangen GSM-antennes.
Het uitzicht op de skyline van een dorp, stadje of tegenwoordig ook het platteland heeft er sinds de eeuwwisseling een nieuw element bij gekregen: GSM-antennes. Soms zijn ze opgehangen aan speciaal daarvoor gebouwde zendmasten, maar in stedelijke gebieden treffen we ze veel vaker aan als losse palen bovenop hogere gebouwen met platte daken.Op flatgebouwen, industriepanden voor goederenoverslag, aan schoorstenen en eigenlijk op en aan ieder hoog object waarvan de eigenaar de financiële vergoeding voor zo'n antenne belangrijker vindt dan het uiterlijk van zijn gebouw.
Bijklussen als zendmast
Ook hoogspanningsmasten zijn dankbare objecten geworden om antennes in te bevestigen. Dat is voor een belangrijk deel terecht: het zijn hoge vakwerkconstructies die veel gemeen hebben met de bouwwijze van zendmasten, ze zijn telkens in bezit van netbeheerders, ze zijn stevig, ze staan er toch al en alleen al in Nederland heb je er vele duizenden van. Tot zover geen bezwaren.
Totdat we in bepaalde gevallen eens wat beter gaan kijken naar hoe de antennes uiteindelijk gemonteerd zijn. Daarin zit hem de sleutel van het hele probleem: nonchalance.
Links: deze Hunze-hamerkoppen uit de jaren 30 hebben tegenwoordig een bijbaantje gekregen: antenne-opstelpunt. Rechts: mastverrommeling hoog in een 380 kV-mast. Merk op dat de mast speciaal verbouwd is om de GSM-antenne te kunnen dragen. Het topstuk is eraf gehaald en de mast heeft een stalen korset gekregen waarop de ontvanger vastgeschroefd zit. Foto links door Gerard Nachbar en rechts door Hans Nienhuis.
We zien op de foto's hierboven meer dan alleen een hoogspanningsmast. Een bundel dikke zware kabels loopt door de toren naar boven. Tussen het broekstuk staat een hekwerk met witte systeemkasten. Het topstuk is ingeruild voor een paal met drie radio-ontvangers. En vanaf enige afstand trekt de antenne de aandacht.
De gevallen waarbij de antennes zodanig opvallen dat ze de hele hoogspanningsmast beginnen te beheersen en duidelijk de aandacht naar zich toe trekken, zijn aan te duiden als mastverrommeling. De aangebrachte verstoring in een individuele hoogspanningsmast zorgt ervoor dat het hele mastvak waar hij in staat zijn uniformiteit verliest. Van een strak symmetrisch object dat gelijkvormig door het landschap stapt, verandert een verrommelde hoogspanningslijn in een storend lint dat zich maar moeilijk laat negeren en op een negatieve manier extra de aandacht begint te trekken in het landschap. Hoogspanning wordt daarmee voor de niet-liefhebbers lelijker gemaakt dan nodig is.
Mastverrommeling in een donaumast bij Apeldoorn en in een kat bij Hattem. De laatste is net Batman geworden door de twee uitsteeksels op de kattenoren. Op deze foto's zien we telkens één mast tegelijk. Storender wordt het wanneer we een heel mastvak tegelijk aanschouwen, want daarin valt een mast uit de toon wanneer hij er anders uitziet dan zijn soortgenoten. Foto's door Hans Nienhuis en Ot Lesley.
Is mastverrommeling door antennes echt een probleem?
We willen graag bellen, whatsappen en natuurlijk middenin het open veld naar de netkaart kunnen surfen met onze telefoons. Dat hoort bij deze tijd. Antennes zijn een noodzakelijk onderdeel van onze samenleving geworden, net zoals hoogspanning dat lang geleden ook werd. In die zin zijn antennes en hoogspanningslijnen elkaars gelijken en is er geen probleem aan het benutten van hoogspanningsmasten als antenne-opstelpunt.
Maar het aantal antennes is de laatste tien, vijftien jaar geëxplodeerd en functie is daarbij duidelijk voor de vorm gegaan. Het lijkt niet uit te maken hoe de antenne erbij hangt, zolang hij het maar doet is men tevreden. Het hele punt van mastverrommeling door antennes heeft dus vooral te maken met de manier van montage.
De coaxkabels die naar de ontvangers toe lopen dragen net als de antenne zelf ook bij aan hoe rommelig een en ander oogt. In deze 50 kV-mast bij Nijkerk is duidelijk niet de minste moeite gedaan om ze netjes in te hangen. Het hangt nog net niet van duct-tape aan elkaar maar veel scheelt het niet. Foto's door Ot Lesley.
Of het inhangen van antennes in hoogspanningsmasten een betere oplossing is dan een vrijstaande GSM-mast elders in het landschap moet iedereen voor zichzelf bepalen. Maar een vrijstaande GSM-mast die niet bijzonder hoog is (net zo hoog of iets hoger dan de boomtoppen) staat netter in het landschap dan een hoogspanningslijn waarin verschillende masten achter elkaar telkens een verschillend gemonteerde antenne dragen, waarin zich dikke zwarte kabels in de torens omhoog slingeren en waarbeneden hekwerk met witte systeemkasten onder staan. (Verwar GSM-apparatuur overigens niet met OPGW-apparatuur voor de glasvezelkernen in de bliksemdraden. Deze laatste categorie kunnen we niet tot verrommeling rekenen omdat ze deel uitmaken van het hoogspanningsnet zelf: de besturing en bewaking van stations en verbindingen verloopt daarlangs.)
Grote masten en hoekmasten zijn minder kwetsbaar
Een onbedoeld maar nuttig voordeel van hele grote hoogspanningsmasten is dat de antenne naar verhouding kleiner lijkt. Ook het gebruiken van een hoekmast verkleint de verstoring, omdat een hoekmast toch al een ander uiterlijk heeft dan de steunmasten in de rechtdoor lopende mastvakken. Dat kan soms helpen, maar het is geen garantie op een fraai lijnbeeld. Want soms slaagt men erin om zelfs de grootste masten die we hebben flink te verstoren met opzichtige antennes.
Zelfs de grootste maten hoogspanningsmasten die we hebben zijn niet onaantastbaar voor mastverrommeling, zoals de foto hierboven laat zien. Puur het enorme formaat van de mast zorgt ervoor dat de schade nog enigszins beperkt blijft. Foto door Tom Börger
Dikke zwarte coaxkabels domineren de toren van deze mast in Twente en hetzelfde is het geval bij deze zestig meter hoge mast in Wachtum. De antenne zelf valt in verhouding daarmee nog mee. Foto's door Peter Schokkenbroek en Hans Nienhuis.
Er is hoop?
De laatste twee jaar lijkt er gelukkig een voorzichtige kentering te komen in deze denkwijze. Ook de landschapslobby, gemeenten en in toenemende mate de mensen zelf zijn gaan inzien dat het niet wenselijk is om het landschap, het strakke aanzicht van gebouwen en het stadsbeeld met zijn skyline op deze manier te belasten met allerlei uitsteeksels. Ook het uiterlijk van de plaatselijke hoogspanningslijnen is langzamerhand niet meer taboe.
Telecomaanbieders lijken heel langzaam enigszins te gaan luisteren naar dit signaal. De beweging is nog pril, maar heel af en toe zien we dat een GSM-ontvanger van de top van een hoogspanningsmast verwijderd wordt om iets lager in een minder opzichtige vorm te worden herplaatst. Soms wordt het topstuk zelfs hersteld. De dikke zwarte kabels worden niet meer langs de ladder maar langs een randstaaf geleid. En het hekwerk kan kleiner.
Twee voorbeelden van hoe het beter kan. Beide masten dragen antennes, maar je moet goed zoeken voordat je ze opmerkt. Op deze manier wordt het mastbeeld en het lijnbeeld zo min mogelijk verstoord. Foto's door Hans Nienhuis.
Wanneer de antennes subtiel weggewerkt worden in het mastlichaam zullen alleen mastenliefhebbers zich er dan een beetje aan storen. Voor wie niet specifiek op de masten let, wordt het lijnbeeld niet merkbaar aangetast door iets wat daarboven in de mast om aandacht zeurt. Bijklussende hoogspanningsmasten maken zich dan op een goede manier nuttig.
Maar deze zorgvuldig vormgegeven antennes zijn helaas nog flink in de minderheid. Bij veruit de meeste antennes speelt het verrommelingsargument geen enkele rol. Om een idee te geven: kijk vanaf de snelweg maar eens goed hoeveel masten al opzichtig uitgerust zijn met GSM-antennes. En let ook op de manier waarop.
Je zult nog verbaasd zijn – en niet bepaald positief.