Verkabeling: waarom gaat het langzaam?
In Nederland is er sinds 2018 een lijst van te verkabelen tracédelen en er is € 450 miljoen Rijkssubsidie voorhanden om gemeenten te helpen bij verkabelingen die niet technisch noodzakelijk zijn. Toch is het aantal afgeronde projecten in de laatste jaren klein. Pylon geeks vinden dat natuurlijk niet erg, maar het is wel interessant waaróm het traag gaat.
Begin november 2018 kwam toenmalig Minister Kamp met een lijst van subsidieerbare tracédelen van hoogspanningslijnen waarbij het Rijk de gemeenten zou helpen met een bijdrage in de kosten van het verkabelen van hoogspanningslijnen.
Het gaat om 50, 110 en 150 kV, dus niet het koppelnet, en het was van toepassing voor aanvragen waarvan de primaire reden niet van technische aard was. ‘We willen dat ding weg’, in gewone taal.
‘De Dodenlijst’
Het was een concreet antwoord op een al langer bestaande vraag bij gemeenten die het niet eerlijk vonden dat de ene gemeente wel en de andere geen hoogspanningslijnen door hun bebouwd gebied heeft lopen. Daar is wat voor te zeggen. En dus stelde het Ministerie een lijst op van in aanmerking komende tracédelen in stedelijk gebied – een lijst die onder pylon geeks terstond als de dodenlijst bekend raakte – met 550 mastposities in 81 tracédelen. Bij HoogspanningsNet hebben we alle 81 tracédelen ingetekend in een bestand dat als KML over de GE-netkaart gelegd kon worden, zodat het voor geïnteresseerden direct te zien is waar in de komende jaren mogelijk verkabeling zou plaatsvinden.
Dat bestand hebben we nog steeds en hij is in vier jaar onveranderd. Onze netkaart is juist actueel as fuc.. ehh, we zitten er vrij goed op, dus als we nu vier jaar later opnieuw de grafische weergave van de dodenlijst bovenop de netkaart inladen kan je in een oogwenk zien of een verkabelbaar tracédeel uit 2018 inmiddels daadwerkelijk is verkabeld. Met 450 miljoen euro voorhanden kan er in vier jaar heel wat gebeuren, dus het werd tijd om met een blikje energydrink in de hand de tussenstand eens op te maken.
Wat schetst de verbazing? Er zijn sinds november 2018 slechts een paar van die tracédelen geheel voltooid verkabeld. Er zijn wel een handvol andere plekken waar er momenteel verkabeld wordt en soms overlappen die ook met de lijst, maar dat heeft meestal te maken met verbouwingen aan het net die door technische vraagstukken zoals capaciteitsproblemen, netconfiguratiewijziging of einde-levensduur worden ingegeven. Die vallen sec niet onder de subsidiepot van de Minister en zijn daardoor niet altijd aanwezig op de Dodenlijst. Beperken we ons tot uitsluitend niet-technisch noodzakelijke verkabelingen, dan zijn er in vier jaar tijd precies twee projecten voltooid en afgerond. Het betreft twee oude 50 kV-lijnen in Ridderkerk en Wageningen. Eentje is alsnog half-half technisch van aard, want in Ridderkerk was de 50 kV-lijn einde levensduur en vanwege de veranderde netconfiguratie kon deze ook geen noodkoppelfunctie meer vervullen, zodat eigenlijk eerder sprake was van gewoon sloop zonder vervanging. Eigenlijk blijft slechts de verkabeling in Wageningen over als zuiver esthetisch, al is daar de woonwijk nog niet eens tot om de lijn heen gegroeid.
Waarom loopt het weinig vaart?
Voor liefhebbers van bovengrondse lijnen is het mooi nieuws dat de praktijk zo weerbarstig is. Maar het roept ook de vraag op waarom. De oorzaak kent meerdere factoren. Sommige dingen zijn een vaststaand feit, anderen zijn speculatiever, en het kan per gemeente verschillen. Een open deur is dat elke case verschilt. De lengte van het tracédeel is zoiets. Niet elke plek heeft evenveel problemen met de hoogspanningslijn. Het Rijk draagt wel bij, maar nog altijd valt ook een deel van de rekening op de mat van het gemeentehuis. Als er weinig klachten zijn omdat de lijn bijvoorbeeld niet pal over de daken loopt maar over een opengebleven groenstrook, dan is de urgentie lager. Een verkabeling vraagt naast geld ook mensen, vergunningen, werkplannen en voorlichtingsavonden. De huizencrisis en asielproblematiek vragen op dit moment meer aandacht dan de correct functionerende hoogspanningslijn boven de Tjiftjafstraat en de Rembrandtallee.
Een andere, moeilijker te controleren reden waardoor het bij bepaalde pechvogelgemeentes weinig vaart loopt is ontstaan in 2015. In dat jaar veranderde de Rijksoverheid de wetgeving rondom Jeugdzorg. Opeens werd het tot een zaak van de gemeentes gemaakt om Jeugdzorg te runnen en financieren en de vergoeding uit Den Haag voor deze nieuwe taak bleef achter bij de kosten die gemeenten in de praktijk maakten. Gemeenten die daarnaast de pech hadden om een grote Jeugdzorginstelling binnen hun gemeentegrenzen te hebben staan kregen een extra financiële klap. In armlastige gemeenten die zowel een Jeugdzorginstelling alsook een hoogspanningslijn binnen hun stadsgrens hebben staan is waarschijnlijk het gespaarde potje voor de verkabeling geplunderd om Jeugdzorg te kunnen betalen. We hebben hiervan geen bevestigd voorbeeld, maar het is aannemelijk te noemen. De extra gelden die in 2018 vanuit het Rijk beschikbaar kwamen voor verkabeling zijn dan wel leuk, maar als je vlak daarvoor je spaarpot hebt moeten omkeren vanwege een besluit uit datzelfde Den Haag, dan kan je alsnog je eigen bijdrage niet betalen met als gevolg dat de hoogspanningslijn ook nu blijft staan.
Een derde oorzaak is afkomstig van een Chinese markt op een stadsplein in Wuhan. Dat zorgde er niet alleen voor dat de pagina over coronaringen op onze site sinds 2020 een verveelvoudiging van zijn dagelijkse hits zag, maar ook dat we met grotere zorgen zaten dan wat draden boven de daken. Corona bracht in zijn kielzog een blijvende kostenverhoging mee vanwege bijvoorbeeld aanleg van ventilatie in scholen of armlastig geraakte sportverenigingen die geteisterd worden door ledentekorten en hoge energieprijzen. Wederom werden spaarpotten omgekeerd in diverse gemeentehuizen.
Je kan maar één ding tegelijk
De belangrijkste reden is dat we op dit moment middenin de energietransitie zitten. Het net moet verzwaard worden, nieuwe kabels gelegd, trafostations uitgebreid en producenten en klanten moeten worden aangesloten. Elke ingenieur, kabellegger of bouwer die bezig is met aanleg van nieuwe noodzakelijke infra kan niet ook tegelijk worden ingezet voor een verkabeling. Dat overal tekort aan vakmensen en personeel heerst en dat bouwmaterialen duur zijn betekent dat er keuzes gemaakt moeten worden door gemeentes, netbeheerders, het Rijk en ook door de bouwbedrijven zelf. Schrijf je in op een tender voor een verkabeling als je je orderboekje al vol hebt met lucratieve nieuwbouw en je geen personeel kan vinden om te groeien?
Aan het einde van de dag zien we dat er weliswaar een stuk of tien verkabelingsprojecten in de lucht hangen (pun intended), maar dat er na vier jaar slechts een paar van de mogelijke 81 zijn voltooid. Drie stuks zijn actief in uitvoering nu, zij het vaak gecombineerd met een eindelevensduurtje en verzwaring, dus of daar primair verfraaiing de reden is valt te betwisten. De rest is vier jaar later nog steeds een papieren tijger. Met de huidige staat van het land is het logisch dat de prioriteiten verschoven zijn. Welvaartsstijging is veranderd in welvaartsbehoud. En dat de hoogspanningsverbinding überhaupt werkt, ook al staat hij bovengronds, legt plotseling meer gewicht in de schaal dan het in tientallen jaren heeft gedaan.
Afbeeldingen
Header: broekstuk middenin Apeldoorn, deze verbinding is inmiddels gesloopt. Foto door Tom Börger. Artikel: schermafbeelding van een deel van de Dodenlijst, geen fijne naam maar cult is cult. Onder: een verwijderde mastpositie, eveneens in Apeldoorn. Het fundament moet nog uitgegraven worden. Foto door Ruben Schots.