150 kV25 kV50 kVLianderStedinTenneT

Met twee RNB’s door één deur

Het is in Nederland gebruikelijk dat op een trafostation met koppeling tussen hoog- en middenspanning naast Tennet (voor de hoogspanning) één RNB aan de secundaire zijde zit. Uitzonderingen op die regel zijn zeldzaam en al helemaal als het twee grote RNB-s tegelijk zijn. Het nieuwe station Zuidplaspolder krijgt de primeur.

Het is al sinds de Splitsingswet en de WON (2004) de wettelijk gebruikelijke gang van zaken dat op een Nederlands trafostation waar hoog- en middenspanning zijn gekoppeld twee netbeheerders zijn betrokken. Tennet voor de hoogspanningszijde, en een regionaal netbeheerder of RNB voor de zijde met tussen- en middenspanning. Netbeheerders zijn monopolist bij wet en hebben geen concurrentie te duchten in hun rayon. Er is daardoor zelden een reden voor twee RNB’s om aanspraak te willen maken op een koppeling met het hoogspaningsnet op dezelfde plek. De enige uitzonderingen zagen we op plekken met zeer kleine RNB’s zoals Coteq (met Enexis op Almelo Mosterdpot) of Rendo (met Enexis op Hoogeveen), maar dat was slechts omdat die kleine RNB’s een beheersgebied hebben dat nog kleiner is dan het voorzieningsgebied van het betreffende Tennet-trafostation.

Twee grote RNB’s (Liander, Enexis, Stedin) tegelijk op één trafostation was nog niet eerder gedaan. Op het nieuwe trafostation Zuidplaspolder, een stukje oostelijk van Bleiswijk, beleven we nu een primeur voor Nederland: zowel Liander als Stedin krijgen een hoek grond op het terrein.

Stedin en Liander hebben allebei honger

Zoals vaak het geval is in de hoogspanningswereld, de reden is pragmatisch. Het station komt vlakbij de rand van beide beheersgebieden te liggen (die in dit stuk van het land niet netjes de provinciegrenzen volgen) en zowel Liander als Stedin hebben in dezelfde regio een tekort aan capaciteit. Ze hebben beide het nieuwe station nodig. Stedin, aan de zuidwestkant, heeft een sterk 25 kV MS-net. Maar precies in de hoek waar Zuidplaspolder wordt gesticht is het technisch nog een beetje leeg op de netkaart. Een nieuw koppelpunt met een bovenliggend net geeft Stedin kans 25 kV verder uit te rollen zonder het bestaande netblok vanuit Ommoord te plagen met nog meer transportvraag bovenop de groei die toch al bezig is.

Liander, aan de noordzijde, heeft de zaken er gammeler voor staan. Zij hebben in het gebied alleen een oud 50 kV-kabelnet dat lang geleden bedoeld was om kassencomplexen aan te sluiten en waarvan de invoeding helemaal vanuit Alphen aan den Rijn komt. Ook Liander zou goed een nieuw koppelpunt kunnen gebruiken om de bestaande 50 kV te ontlasten en nieuwbouw op 20 kV te zetten. Of misschien ook wel nieuwe 50 kV, alles is gaan schuiven deze jaren en de wens van Liander om 50 kV op zeer lange termijn te willen verlaten lijkt nu juist zelf te zijn verlaten.

Stoelendans

Maar ja, wie krijgt het station? Er wordt al genoeg geknokt in de wereld en het zou onzin, kapitaalvernietiging en ruimteverspilling zijn om twee separate 150 kV-stations pal naast elkaar te stichten. In overleg tussen de drie partijen is besloten tot een niet eerder vertoonde samenwerking: één en dezelfde schakeltuin van Tennet biedt aansluitvelden voor transformators van Liander en ook voor Stedin. Beide RNB’s halen de secundaire spanningen binnen op hun eigen installatie om het verder te verschakelen en in hun netblok te verdelen. Voor een van de twee betekent het tevens een station dat nipt in het beheersgebied van de collega staat.

De gevolgen daarvan zijn hoofdzakelijk papierwerk, maar voor schakelhandelingen die ertoe doen zal Tennet nu contact met zowel Stedin als Liander nodig hebben. Dat maakt het bedrijven van Zuidplaspolder 150 kV in de toekomst net wat ingewikkelder dan dat van veel andere stations. Verder kan zich de situatie voordoen dat in het netwerk van één RNB overproductie zit terwijl de ander een lichte vraag heeft. Er zal via het 150 kV-gedeelte van het station een nieuwe weg ontstaan tussen beide netblokken en daar kan ook doortransport doorheen. Dat moet niet te ver uit de hand lopen. Netstudies en verstandig schakelen zijn op dit gecombineerde station dus belangrijker dan elders.

Rond het eind van 2024 zou het station gereed moeten zijn. Met in totaal drie grote netbeheerders op één HS/MS-station belooft het een leuk (schakel)tuinfeestje te worden als het af is.


Afbeeldingen
Header: een deel van een netschema. Normaal gesproken zijn alle zichtbare trafo’s voor HS/MS op een regionaal schema in bezit van één netbeheerder.
Artikel: satellietfoto van Zuidplaspolder in aanbouw, duidelijk te zien zijn de twee van elkaar verschillende trafocellen of scherfmuren. Liander gebruikt andere transformators dan Stedin, we vermoeden het terrein van Liander aan de noordzijde.