Mast 27, 380 kV Meeden – Diele (NL/DE)
In het noordoosten van het land is het landschap leeg en agrarisch. Het zorgt voor prettig lange zichtlijnen op de hoogspanning, tenminste, als het niet heiig is.
Grensoverschrijdende verbindingen of interconnecties zijn een fysiek kenmerk van Europese samenwerking. Op land hebben Nederland en België een aantal verbindingen met elkaar en ook met Duitsland zijn er een paar landlijnen. Op deze foto gemaakt door Michel van Giersbergen zien we mastpositie 27 van Meeden – Diele, de meest noordoostelijke interconnectie. We zien een ontwerp dat duidelijk een telg is van de mastenfamilie die de Ringsluiting fase II (beter bekend als de Oostring) draagt, maar de toren lijkt wat slanker te zijn uitgevoerd. Opmerkelijk, want in Drenthe en Groningen gelden juist strakkere NEN-normen voor ijzelbelasting dan elders in Nederland zodat juist een dikkere mast logisch zou zijn. Omdat de IJzelramp tijdens of juist na de oplevering van deze verbinding plaatshad is hij mogelijk nog juist opgeleverd voordat die strengere normen van kracht werden.
Meeden-Diele is een strategisch belangrijke verbinding: in het noordwesten van Duitsland en de aangrenzende Noordzee begint de hoeveelheid zon- en windvermogen technisch gezien uit de hand te lopen. Met deze verbinding kan Tennet (zowel eigenaar van het Nederlandse alsook het noordwest-Duitse hoogspanningsnet) een deel van deze energie via Nederland doorgeleiden of het hier zelfs benutten. Dat heeft voordelen voor handel en efficiënte benutting, maar als het niet Nederland maar België is waar juist veel vraag is, dan kan het omslaan in een nadeel omdat het vermogen op doortransport dan fysiek ruimte in het Nederlandse net inneemt die niet voor binnenlands transport voorhanden is. Om dit een beetje te kunnen sturen of om te voorkomen dat het uit de hand loopt staan op Meeden twee dwarsregeltrafo’s.